Als voorzitter van de S-Plusgroep in Zottegem en beleidsvrijwilliger zette Herman De Loor zich jarenlang in voor S-Plus. We praten met hem over zijn ervaring en waar we met S-Plus het verschil kunnen maken.

Hoe ben jij bij S-Plus, toen nog Vlaamse Federatie voor Socialistische Gepensioneerden, terechtgekomen? En hoe wist je van het bestaan af?
Herman: “Ik ben altijd zeer actief geweest binnen de socialistische beweging. Als jonge gast ben ik gestart bij de Jongsocialisten, waar ik later ook lid werd van het Nationaal Bestuur. Zo bleef ik mij verder engageren. Al snel sloot ik mij aan bij de BSP. Door mijn politieke engagement kwam ik vanzelf in contact met wat er leefde in Zottegem, en zo wist ik ook dat er een lokale afdeling van de VFSG actief was. Toen ik met pensioen ging, was het voor mij dan ook een logische stap om
daarbij aan te sluiten. Zo werd ik lid van de VFSG-afdeling Zottegem.”
Al onze leden zetten zich verdorie hard in om dagelijks het verschil te maken
Je staat bekend als een man van kordate aanpak. Nam jij meteen een bestuursfunctie op?
Herman: “Er werd mij meteen gevraagd om in het bestuur te komen, en ik heb dat dan ook gedaan. Ik liet toen het initiatief om alles te organiseren nog over aan de mensen die al jaren lid waren. Na verloop van tijd nam ik meer en meer zelf taken op.”
Hadden jullie een grote afdeling, en was er concurrentie met andere ouderenverenigingen?
Herman: “Ja, voornamelijk OKRA, toen de Kristelijke Beweging van Gepensioneerden (KBG). Die zijn in Zottegem nog altijd heel actief, maar vooral in de kleinere deelgemeenten. Van echte grote samenwerking kon je niet spreken. De toenmalige CVP zag ons vooral als concurrent voor de KBG. Dat zorgde er ook voor dat wij ons strijdvaardig op stelden natuurlijk.”
Wat was voor jullie afdeling toen belangrijk, waar zetten jullie op in?
Herman: “Onze mensen samenbrengen en informeren over de actualiteit, dat was vooral onze inzet. Maar we willen hen ook iets bijbrengen over de werking van de socialistische beweging.”
Hadden jullie dan veel contact met de partij?
Herman: “Sowieso met het ziekenfonds, maar zeker ook met de partij. Met mijn ervaring als volksvertegenwoordiger en burgermeesterschap had ik natuurlijk wel goede contacten ook.”
Politiek zit in je bloed, dat weten we. Hoe lang ben je al actief in de S-Plus beleidswerkgroep?
Herman: “Ja, dat is van thuis uit, hé. Bij mijn zonen is dat ook zo. Van ‘s morgens tot ‘s avonds ging het over politiek. Deelnemen aan de beleidswerkgroep paste perfect in dat plaatje. Ik heb dan ook meteen toegezegd toen ik werd gevraagd om lid te worden.”
Heb je met de beleidswerkgroep het verschil kunnen maken?
Herman: “Ja, daar ben ik van overtuigd. Anders zet je je daar niet voor in. Ik denk maar aan onze memoranda die we bij elke verkiezingen opstellen. Het is belangrijk dat we onze stem laten horen, anders worden we aan de kant geschoven. Daarom blijf ik me op verschillende vlakken nog inzetten als socialist in de brede zin. Vandaag ben ik nog voorzitter van de coöperatieve vennootschap Werkerswelzijn, die eigenaar is van het Zottegemse Volkshuis."
Je bent ook jaren S-Plusvertegenwoordiger geweest bij de Vlaamse Ouderenraad. Welke thema’s lagen je het meeste aan het hart?
Herman: “Ik heb dat 10 jaar gedaan vanuit diezelfde socialistische gedrevenheid. Ik zat in de commissie wonen en mobiliteit. Met hart en ziel heb ik daar mijn inbreng gedaan, met steun van S-Plus. Die steun is niet onbelangrijk, want Okra is een grote speler, en dat voel je constant. Daarnaast ben ik blij dat S-Plus Magda De Meyer als nieuwe voorzitter van VLORA heeft kunnen voordragen. Zo zie je dat we als vereniging toch een verschil kunnen maken.”
Ik heb graag mensen met levenservaring die zaken naar voren brengen, en dat vind ik terug bij S-Plus en de beleidswerkgroep
Hoe zag je jezelf als lid van die commissie? Man van het conflict of eerder van de consensus?
Herman: “Als man van de consensus. VLORA heeft me ooit gevraagd om voorzitter te worden van de commissie. Maar ik had het te druk. En mijn prioriteit lag bij S-Plus en, natuurlijk, Zottegem.”
Maakt S-Plus voldoende het verschil volgens jou?
Herman: “Zeker. Al onze leden zetten zich verdorie hard in om dagelijks het verschil te maken. Dat is geen grote politiek, hé. Dat gaat over kleine zaken, vooral op lokaal vlak. De ervaring die ze lokaal opdoen, maar dan verwoorden op de hogere politieke niveaus. Dat is belangrijk.”
Wat denk van de invoering van de regionale beleidswerkgroepen?
Herman: “Het is belangrijk dat mensen uit de praktijk hun inbreng kunnen doen. Niet alleen theorie. Daar ben ik vooral voorstander van. Dus voor mij zeker een meerwaarde.”
Je bent al jaren bij S-Plus betrokken. Wat is het belangrijkste moment geweest?
Herman: “Ik wil niks over het hoofd zien. Alles lijkt mij belangrijk. Zeker alles wat op de S-Plustafel naar voren kwam, heb ik helpen uitdragen. Ook al was dat soms tegen mijn eigen mening. Maar ik volgde en steunde de standpunten die bij de meerderheid werden gestemd. Ik heb graag mensen met levenservaring die zaken naar voren brengen, en dat vind ik terug bij S-Plus en de beleidswerkgroep. Waarmee ik niet wil zeggen dat experten onbelangrijk zijn. Maar liefst niet te veel regelneverij.”
Hoe bedoel je?
Herman: “Daar ben ik echt tegen, ook in het parlement. Ik heb dikwijls gezegd dat ze daarmee moeten stoppen. Te veel regels lost niets op, integendeel. Houd het eenvoudig, want anders krijg je veel te veel procedurefouten die volgens mij niet nodig zijn.”
Herman, het siert je dat je een stap opzij zet, en de kans wil geven aan anderen. Wat wil je deze mensen nog meegeven?
Herman: “Omring je vooral met mensen die lokaal veel ervaring hebben, die de lokale problemen kennen. Daar kan je echt het verschil maken. Blijf met je voeten op de grond. Ik heb niks tegen grote theorieën, dat kan helpen, maar ik wil vooral mensen zien die de handen uit de mouwen steken en zaken concreet vooruithelpen.”
Dank je wel Herman, voor je jarenlange inzet.
Dit is een artikel uit S-Plus Mag juli - augustus - september 2025. Lees hier nog meer artikels.