Het leven kwakkelt wat, je wordt nu eenmaal ouder. Rondom je zie je geregeld vrienden en goede bekenden verdwijnen. De ene op een zeg maar aanvaardbare leeftijd, maar wat aanvaardt een mens vandaag de dag nog als oud genoeg? Dankzij de medische wetenschap hebben we immers een stil gevoel van onsterfelijkheid opgebouwd. Wie geen negentig plus wordt, heeft eigenlijk de tijd niet gehad. Zo gaat dat.
Maar dan op een dag, eigenlijk niet zo helemaal onverwacht, want ja, er waren tekenen. Tekenen die nog niet zo onvermijdelijk duidelijk waren dat je ze aan allerlei andere oorzaken kon toeschrijven. En dat deed je dan ook. Je bent weer een beetje als een klein kind: wat je niet ziet, is er niet. Het is nu eenmaal gemakkelijker illusies in stand te houden dan de werkelijkheid onder ogen te zien. Tot op die dag dat het niet meer gaat de feiten te negeren.
Een ongevraagd en ongewenst bezoek, maar daar is ze dan toch maar, Mevrouw K
Je hebt bezoek gekregen. Een ongevraagd en ongewenst bezoek, maar daar is ze dan toch maar, Mevrouw K. Ook al wil je het eigenlijk niet echt weten, toch besef je dat je leven vanaf die dag er helemaal anders zal uitzien. Niet direct natuurlijk, want eerst moet alles nog grondig onderzocht en bevestigd worden. Daar hebben we hier nu eenmaal alle middelen voor. In zulke momenten beseft een mens hoeveel geluk hij heeft op dit plekje van de Aarde geboren te zijn. Stap voor stap begint de tocht met jouw bezoekster.
Als je al dacht dat je alles netjes in handen had, dan wordt dat droombeeld snel verstoord. Je moet je onderwerpen, de route volgen die zij voor jou uitstippelt. Je wordt gescand, getest en bekeken. Vergeet het maar dat je een agenda had waarin je netjes kon vastleggen wat je wanneer zou willen doen. Jouw bezoekster laat zich niet leiden, zij neemt het stuur over. Het zal voortaan geregeld op wieltjes lopen, de wieltjes van een ziekenhuisbed. Dat is wat droevig, maar tegelijk ook het houvast dat je nu nodig hebt. Je bent niet hulpeloos overgeleverd.
Eén ding echter is zeker: je kan en mag je niet zomaar overgeven
Van alles gaat er door je hoofd. Waarom moet mij dit overkomen? Had ik vroeger niet beter dit of dat gedaan? Hoe komt het toch dat ik niet eerder naar de dokter ben gestapt? Nu het zo ver is, zou je de tijd wel wat willen terugdraaien. Wat meer vooruitkijken om beter vooruit te zien. Maar nu moet je er wel doorheen.
Gelukkig word je er niet van, van dat gezelschap van mevrouw K. Eén ding echter is zeker: je kan en mag je niet zomaar overgeven. Bij het volle besef dat het vanaf nu elke dag anders zal zijn, hou je in gedachten wat je tot dusver in het leven allemaal hebt gekregen. Het geluk van een tijd waarin alles nog open voor je lag. De vreugde met zoveel mensen met wie je in al die jaren hebt mogen meeleven. De warmte van het gezelschap en bij enkelen de vriendschap. Was het echt nodig dit bezoek te krijgen om dat allemaal goed te beseffen? Misschien wel. Anders had je er nooit bij stilgestaan, of pas veel later.
Kijken in de toekomst is – gelukkig – onmogelijk. Maar de kunst zal nu zijn de kracht te vinden én te houden om niet alles uit handen te geven. Zoals de Franse schrijver-filosoof Camus schreef: “Au milieu de l’hiver, j’ai découvert en moi un invincible été” (Voor wie minder van het Frans houdt: midden in de winter heb ik in mezelf een onoverwinnelijke zomer ontdekt).
Je gezin, je familie, je vrienden, je lotgenoten geven je een hand
De reis zal niet gemakkelijk zijn, er komen zeker momenten, dagen van vertwijfeling, angst, spijt misschien. Maar daarnaast is er de zekerheid dat je het niet allemaal alleen moet afstappen. Je gezin, je familie, je vrienden, je lotgenoten geven je een hand. En dan niet te vergeten de hele medische wereld, de artsen en verpleegkundigen, de organisaties die zich met de ziekte en zieken bezighouden. Je weet, je beseft dat er zoveel begeleiders jouw reis meemaken. Dus kom op, klaar voor de reis. We komen op tegen kanker.
A. Morfati