Slim?

De laatste jaren hebben we het al vaak gehoord: de slimme meter, slimme camera’s, een slimme kilometerheffing, … noem maar op. Eén ding lijken ze allemaal gemeen te hebben: de burger/consument draait er voor op. Het is met andere woorden geen slimheid die ons leven echt vooruithelpt, maar eerder een slimmigheid die het geld gemakkelijker uit onze zakken moet halen.

Natuurlijk genieten we met z’n allen heel vaak van de vooruitgang van de technologie, dat zullen we niet ontkennen. Maar als al die nieuwe uitvindingen er vooral voor zorgen dat de burger snel en gemakkelijk gecontroleerd en daarna belast en beboet kan worden, dan zijn we daar niet zo gelukkig mee. Dat die middelen vooral ten dienste staan van een toenemende controle door de overheden is zeker geen reden tot blijdschap.

Jaren heeft men het gehad over de kloof tussen de burger en de politiek en even lang is er aan die kloof nauwelijks iets gewijzigd. De politiek speelt zich af in kleine bureaus, bij studiediensten, onder specialisten en de burger ondergaat het allemaal. Niet zonder daarbij een grondige hekel te krijgen aan dat hele systeem dat boven zijn hoofd is ontwikkeld. Velen zijn zelfs op het punt gekomen dat ze zich totaal gedesinteresseerd hebben teruggetrokken. Er wordt toch niet, nooit geluisterd, dus waarom nog moeite doen?

Op die manier komt onze democratie natuurlijk in het gedrang. Voor de eerstvolgende lokale verkiezingen is het niet meer verplicht om te komen stemmen. Een overwinning van de vrijheid, volgens sommigen. Een toegeving aan de gemakzucht en het toegenomen egocentrisme waarin vrijheid wordt bekeken als het recht om alleen nog met zichzelf rekening te houden. Of dat zo slim is, daar durf en moet ik toch aan twijfelen.