Nierdialyse
De schrik zat er behoorlijk in, een paar weken geleden bij de familie. Mijn moeder, 92 inmiddels, woont nog alleen en trekt behoorlijk haar plan. Toch liet ze al een tijdje weten zich niet zo goed te voelen. Vaak is het moeilijk om te bepalen wat er exact aan de hand is: de vereenzaming eist zijn tol.
Immers, sinds mijn vader stierf, komt ze niet veel meer buiten. Boodschappen worden gedaan en we gaan minstens wekelijks bij haar op bezoek, maar een dag telt maar 24 uur. Elke dag. Dus kan een mededeling als 'ik voel me niet goed' ook een kreet om aandacht zijn.
Maar mijn moeder is niet zo'n aandachtszoeker, dus wisten we, na aanhoudende meldingen, dat er iets anders aan de hand was.
De dokter kwam en trok wat bloed, dat hij met spoed liet analyseren. Het verdict was bijzonder zwaar. Mijn moeder had nierfalen en moest in allerijl worden opgenomen in het ziekenhuis.
Het werd duidelijk dat haar nieren mogelijks nooit meer goed zouden functioneren
Nu komt een ziekenhuisopname nooit op een gelegen moment, maar net voor de feestdag van 1 november midden in het herfstreces was het ogenblik zo mogelijk nog slechter. Iedereen van haar kinderen zat zo ongeveer thuis of op vakantie met de eigen kleinkinderen. Ik ben mijn zussen dan ook bijzonder dankbaar dat ze de opname op hun schouders hebben genomen. Wij zaten op dat ogenblik aan de zee met onze kleinkinderen. De dagen nadien konden wij overnemen.
Toen kreeg ik een telefoon van mijn moeder. Ze had de dokter gesproken, en het werd duidelijk dat haar nieren mogelijks nooit meer goed zouden functioneren. Hierdoor zou ze 3 tot 4 keer per week naar de dialyse moeten gaan. Zelf had ze de dokter laten verstaan, dat het voor haar niet meer hoefde, ze was immers al van behoorlijke leeftijd, en ze zag het niet meer zitten.
De volgende uren volgde intens overleg tussen mijn broers en zussen, haar kinderen.
We weten dat we haar wens moeten respecteren, maar iedereen die mijn moeder wat beter kent, weet dat haar motieven om tot de beslissing te komen eerder altruïstisch van aard zijn. Zo kan ze zich zelf niet verplaatsen, en wil het haar kinderen niet aandoen om hun vrije tijd op te offeren voor haar.
Maar ook het ziekenhuis stond niet stil: na een gesprek met de psycholoog, die haar bezwaren toch wat kon wegnemen, besloot ze om toch de dialyse te proberen.
Er kan voor vervoer worden gezorgd, de mutualiteit heeft een dienst medisch vervoer, en die komt haar halen en brengt haar terug. Dat was voor mijn moeder een hele geruststelling; ze kon verder zonder haar kinderen of anderen te belasten.
De eerste 3 sessies zijn intussen achter de rug, en ze voelt zich veel beter nu.
De dokter heeft intussen laten weten hoopvol te zijn dat verdere dialyse niet nodig zou zijn, omdat de nieren toch terug in gang zijn geschoten. Laat ons hopen dat dit bewaarheid wordt.
Maar iedereen weet nu dat, zelfs in moeilijke dagen, het ziekenfonds klaar staat met pasklare antwoorden voor problemen waar mensen zich geen blijf mee weten. Problemen die voor sommige mensen zo belangrijk zijn, dat ze er het leven voor zouden laten.
Het antwoord van het ziekenfonds heeft dus mogelijks het leven van mijn moeder gered.