Jan zit met een ei

door Jan

Ik zit met een ei.

Dat komt niet zomaar, laat mij het even vertellen.

Omdat ik probeer een beetje de ecologische mode te volgen, hebben we sinds twee jaar besloten onze buxushaagjes niet meer te besproeien met een middel tegen de buxusmot. De daaropvolgende plaag van rupsen zorgde voor een enorm voedselaanbod voor de diverse meesjes en andere vogels, die hun jongen daarmee voederen.

Onze buxussen waren verleden tijd. Binnen de maand compleet kaalgevreten.

Tot daar vonden we het nog leuk. Maar deze vogels bleken onvoldoende in staat om de reproductiecapaciteit van de buxusmot te evenaren.  Het gevolg laat zich raden: onze buxussen waren verleden tijd. Binnen de maand compleet kaalgevreten. In het najaar deden sommige planten nog een poging om wat bladeren te ontwikkelen, maar die werden even snel door de rupsen van de mot opgevreten.

Maar de mezenpopulatie was gered door dit tijdelijke extra aanbod voedsel. Toen we besloten in mei ons gras niet teveel te maaien, gaf dat een ongekende boost aan allerhande insecten. En met insecten kwamen ook de vogels. Niet alleen mezen deze keer, we zagen zelfs de bijna verdwenen mus terug. Na verloop van tijd werden de vogels groter, een merel, een ekster, en deze week zag ik een kauw vechten met een ekster over het eigendomsrecht van een stuk tuin.

In onze tuin hebben we ook wat fruit staan: kersen, appels, mirabellen aan bomen, en daarnaast wat struiken rood fruit. Jeneverbessen, stekelbessen, braambessen en bosbessen. Lekker in confituur.

Elk jaar maakte ik, samen met de kleinzoon, een vogelverschrikker. Die plaatste ik tussen de struiken, in de hoop zo wat blauwe en rode bessen te sparen. Elk jaar lukte dat. Ik kon gemakkelijk twintig tot dertig potjes confituur maken. Dit jaar kwam het er niet van. Omdat ik in een vogelnestje een pril paartje zag wonen, besloot ik geen verschrikker te plaatsen. De kleintjes hebben recht op een onbezorgde jeugd, dacht ik nog.

Van de afwezigheid van een vogelverschrikker maakten de bosduiven zwaar misbruik. Nu ben ik redelijk vergevingsgezind, en een vogelliefhebber, maar teveel is teveel. Dat de bosduiven een groot deel van de kersen opeten, daar kan ik mee leven. Maar ze braken de boom af, met hele takken tegelijk. Dus nul kersen, nul bosbessen, en nul stekelbessen. De confituur zal ik dit jaar in de winkel kunnen halen ...

Maar nog is het niet gedaan.

Nu ben ik redelijk vergevingsgezind, en een vogelliefhebber, maar teveel is teveel.

25 jaar geleden plantte ik een druivelaar op de hoek van ons huis. Deze is intussen al heel groot geworden. Aan de ene kant beslaat hij de helft van de muur, en aan de voorkant gaat hij met een boog over de garagepoort. Wie een druivelaar kent, weet dat deze in het voorjaar bijzonder hard groeit. Deze week nam ik de snoeischaar ter hand, om de langste uitgroeiers terug te snijden. Je kan hierbij weinig mis doen. Vlak na de vruchtaanzet snijden, en je bent safe. Dat dacht ik toch …

Toen ik mijn ladder tegen de gevel van de garage plaatste vloog er eensklaps een grote bosduif weg. Ik dacht dat ze in de dakgoot had gezeten, en geschrokken was van de ladder en mijn aanwezigheid.

Ik knipte verder en zag het nest niet dat ze gemaakt had in de druivelaar, boven onze garagepoort.

De volgende dag lag er echter een ei op onze oprit. Gebroken weliswaar. Toen wist ik het zeker; hier was een bosduif aan het broeden. Ik moest echt zoeken om haar nest te vinden, en pas op het laatste moment vloog de bosduif weg. Het is eerder een armtierig nest, maar houdt de duif wel uit het zicht. In het nest ligt een ei. Ze broedt het uit. Wellicht vond ze het een goede plek om te nestelen, zo dicht bij fruitbomen zonder vogelschrik ...

Ik heb besloten om het allemaal maar zo te laten, en de natuur zijn gang te laten gaan.

Ik zit dus echt met een ei. Een bosduif-ei.