Gentse Feesten

door Jan

Als je dit leest zijn ze alweer voorbij, de onvolprezen Gentse Feesten. Het is die week van het jaar waarin iedereen zich Gentenaar wil voelen. Ik heb dat ook, en ik troost mij met de gedachte dat ik daar een beetje meer recht op heb, omdat ik toch vanaf mijn vijfde levensjaar in Gent woonde, en er school liep. Tot onze trouw een einde maakte aan mijn trouw aan Gent.

Blijkbaar gaan veel mensen ervan uit dat alles in het leven gratis is, of gratis moet kunnen

Het was dus terug die periode waarin het omroepsysteem op de trams overstapt op het Gents. Vele straatnamen spreken zo al tot de verbeelding in het Nederlands, maar als de omroeper het heeft over de halte aan de “vaafwindgoatestroate”, of “Gerar den duvel zein kasteal”, dan zit ik direct in de middeleeuwen.

Het was dus al twee jaar geleden, en onze hoop was groot. Niet dat we zo'n feestgangers zijn, maar op die dagen komen de theatergezelschappen extra dicht bij de toeschouwers, en lijkt de drempel om een toneeltje of een cabaret mee te pakken iets minder groot.

Maar het leek wel alsof de sfeer er niet echt in zat. Ligt het aan ons, onze leeftijd, het feit dat we verwend zijn, of het net verleerd zijn? Ik weet het niet, maar meer dan andere jaren stoorde ik mij aan de vele jongeren die rondliepen, met de drank in de hand. Drank die ze gekocht hadden in een of andere nachtwinkel. 

Weten die dan niet dat de cafés moeite hebben gedaan om voor die optredens te zorgen? Gunnen ze  dan echt niets aan de organisatoren? Vroeg mijn echtgenote zich hardop af.

Blijkbaar gaan veel mensen ervan uit dat alles in het leven gratis is, of gratis moet kunnen.

Dus begon ik maar over vroeger. Toen alles blijkbaar beter was...

Toen ik jong was, was de stad uitgestorven tijdens de Gentse Feesten. Het bouwverlof begon, en alle diensten van de stad waren gesloten. Het leek wel alsof iedereen de stad ontvluchtte. Ik heb dat zien veranderen, onder impuls van Walter De Buck en zijn kompanen. En ik heb ook gezien dat de stad veel pogingen deed om alles in goede banen te leiden, de formule regelmatig aanpassen, zodat het niet louter een zatte partij van 10 dagen zou worden. Dat plan lijkt niet echt gelukt.

Maar elk jaar opnieuw denk ik terug aan het kippenvelmoment op 21 juli rond 11 uur,  toen het vuurwerk nog in de binnenstad mocht. Na afloop speelde de beiaardier op het Belfort het klokke Roeland. Heel de massa aan de Belfortstraat zong mee, althans de Gentenaars. 

En de Nederlanders, die keken ernaar en zwegen. 
Wellicht voor de eerste keer in hun leven.