De blues van de maandag

door André

Sedert enkele jaren (sinds 2005 om precies te zijn) heeft de maandag van de laatste volle week van januari de eretitel Blue Monday gekregen. Die dag van het jaar waarop de meeste mensen zich gedeprimeerd voelen. Hiervoor worden dan verscheidene redenen opgesomd: de donkere dagen, de kater na de feestperiode, het besef dat het nieuwe jaar toch niet echt een nieuw begin heeft gebracht.

Vreemd genoeg is de zaak nog niet echt doorgedrongen in de commercie. Nochtans ligt de dag perfect tussen de feestperiode en de volgende cadeautjeshoogdag van februari. Het is bijna een wonder dat dat gat nog niet is opgevuld. Misschien omdat die maandag ook niet direct oproept om mild te zijn en meer geld uit te geven. Zo’n droevige maandag lijkt eerder op te roepen om zich ergens stil in een hoekje terug te trekken en wat te genieten van de melancholie.

Sommigen zullen hierbij de wenkbrauwen fronsen. Wie kan er nu genieten van triestig gevoel? Dat is toch niet normaal? Wie dat gelooft, heeft duidelijk nooit goed geluisterd en gekeken naar de populairste cultuur. Hoe anders het hedendaags succes te verklaren van liedjes die overlopen van tranerigheid, de vroegere smartlappen die nu door ‘charmezangers’ worden gekweeld? Ook in de tv-series en -soaps loopt het vaak over van sentimentaliteit (voor echt gevoel is daar geen plaats). De luisteraar en kijker wentelt zich zo graag in dat sfeertje van ‘ik ben ongelukkig en ik weet niet waarom’.

Bovendien is het vreemd dat de eerste werkdag van de week verbonden wordt aan dat bluesgevoel. Gaat de legendarisch hardwerkende Vlaming dan toch niet zo graag naar zijn job? Is de arbeid dan toch een last die men wel wil dragen om in ruil daarvoor van alles te kunnen kopen dat de ziel moet troosten?

“I don’t like Mondays”, zongen de Boomtown Rats meer dan 40 jaar geleden. Een megahit. En toch, voor ons, de mensen met pensioen, is de maandag intussen toch geen zwar(t)e dag meer, nietwaar? Wij hebben het geluk om elke willekeurige dag een beetje in de put te zitten. En daar zijn we dan toch blij om.